Corn Islands

30 oktober 2015 - Capurganá, Colombia

Toen we uit Matagalpa vertrokken stond ons een lange reis voor de boeg. We vertrokken 's ochtends vroeg richting Managua. Van daaruit namen we de nachtbus naar Rama om van daar met de rivierboot naar Bluefields te gaan. In deze creoolse stad brachten we de nacht door en genoten we van het toch wel aparte sfeertje. De volgende ochtend zetten we met de boot onze reis richting Corn Island verder. Een mens moet er iets voor over hebben om naar het paradijs te gaan! De reis zat er echter nog niet op, want van Corn Island was het nog een half uurtje naar Little Corn. Peanuts, zo dachten we. Waren het niet dat de speedboot zwaar overladen was en het water erg wild, waardoor de boot bij elke golf overspoeld werd. We kwamen klets nat aan maar dat kon ons eigenlijk niets schelen. We waren aangekomen op Little Corn Island! We besloten om een leuke hut op strand te nemen met zicht op zee. Na een nacht broodnodige slaap werden we zalig wakker met het geluid van de overslaande golven en het licht van de zon door ons raampje. We verbleven een weekje op het kleine eiland. We genoten van de rust en deden mooie strandwandelingen. We leerden ook een leuk Australisch koppel kennen en besloten samen te gaan vissen. Met een handlijn vingen we veel tropische vissen. Op de boot werden ze vakkundig door de kapitein gefileerd. Daarna smulden we ze lekker samen op, een maaltijd om niet snel te vergeten. Een zalig tijd op een idyllische plek. We moesten nog 2 dagen wachten op een boot terug naar het vaste land en besloten deze tijd nog te spenderen op Big Corn. Dit eiland is veel groter, er wonen veel meer mensen en het is er op en top creools! Met onze rugzak door de middagzon trokken we opzoek naar een hostel. Omdat het laagseizoen is bleken er echter veel hostels gesloten te zijn. Uiteindelijk kwamen we terecht bij een familie die 2 kamers verhuurden. Het was leuk om ook deze cultuur eens van binnen uit te leren kennen hoewel het soms moeilijk was om elkaar te verstaan in hun “Engels” taaltje. Het huis lag vlak naast het vliegveld waardoor we elke keer opschrokken door de landende toestellen. Als er eentje geland was konden de kinderen weer een paar uur verder spelen op de landingsbaan, gekkenwerk! Op onze laatste avond besloten we nog eens lekker lokaal te gaan eten. Svenja bestelde op voorhand een Rondon, een typische viscurry met kreeft en scampi´s, bakbananen, yuca en aardappelen. Een echte lekkernij! De volgende ochtend stond ons weer een lange reis voor de boeg. Na enkele boten en bussen kwamen we midden in de nacht aan in het busstation. De chauffeur zelf sliep in de bus en we vroegen hem of ook wij hier konden overnachten omdat we toch ´s ochtends vroeg de bus richting Costa Rica moesten nemen. We sliepen een paar uurtjes en vertrokken, nog met kleine oogjes, naar de volgende bus. De volgende avond kwamen we dan aan in San Jose. We sliepen in een klein hotelletje aan de terminal en reisden de volgende middag door naar Panama City! Ook hier kwamen we midden in de nacht aan. We sliepen enkele uren in de terminal tot het licht werd en vertrokken daarna naar een hotel, dat Olaf zijn zus voor ons geboekt had als laat verjaardagscadeau. Heerlijk, na 72u reizen kwamen we aan in een poepchique hotel! We genoten werkelijk van alles! Een kingsize bed, een heerlijke (warme) douche, uitzicht op zee en een rooftop zwembad, kortom, super deluxe! Hoe het ons verder in Panama verging vertellen we in het volgende reisverhaal ;)

Foto’s

2 Reacties

  1. Chantal:
    31 oktober 2015
    Hoe gaan jullie hier ooit terug wennen??
  2. Tant Monique:
    4 november 2015
    En was de kreeft lekker !!!!!!!! Als ik dat lees zou ik ook mijn valies willen maken.........of toch maar een rugzak . Nog veel reisgenot en dikke knuffel